Willem Lodewijk Vader (1775-1849)

                                                                              

'Willem' was de jongste zoon van Pieter Vader. 

Met zijn broer Bram was hij rentmeester van de boedel Van Nassau Bergen. Hij werd heer van Geersdijk en Wissenkerke, baljuw van Wissenkerke, dijkgraaf van de Wissenkerkepolder en ontvanger der directe belastingen voor Kortgene, Kats en Wissenkerke.

Hij stond bekend als een voortreffelijk administrateur en financier, zowel zakelijk als privé. In 1848 was hij de hoogst aangeslagene in belasting in Zeeland. Bij zijn overlijden bedroeg zijn vermogen 872.437,37 gulden, waartoe ondermeer behoorden de waarde van 11 hofsteden met totaal 678 ha. Het verkrijgen van dit vermogen hield mede verband met de teloorgang van het geslacht Van Nassau Bergen, dat steeds meer land in Noord- Beveland moest verkopen.

In 1818 kocht bij de buitenplaats 'Sorgwijck' bij Wissenkerke, waar hij in de zomer met zijn gezin verbleef. In de winter verbleef hij in de woning aan de Voorstraat in Wissenkerke.

Hij huwde de gefortuneerde Johanna Elisabeth van Voorst (1781-1852). Zij was de dochter van Johannes van Voorst, VOC kapitein, die vele reizen naar de Oost (Batavia) en van daaruit zelfs enkele reizen naar China maakte en zijn leven eindigde als opper- equipagemeester bij de VOC kamer Zeeland te Middelburg. Zijn gezin woonde in de  - thans nog bestaande - ambtswoning aan de Maisbaai in Middelburg. Na zijn overlijden vierden zijn kinderen drie dagen feest op 'Sorgwijck', vanwege het fortuin dat hen ten deel was gevallen. Zijn slaapkamer bleef na zijn overlijden onaangeroerd, totdat zijn dochter Cateau, de laatste bewoonster van 'Sorgwijck', in 1886 overleed.

Samen kregen zij dertien kinderen, waarvan er zes de volwassen leeftijd haalden. 
Hun volwassen zonen waren:
mr. Pieter Johannes van Voorst Vader, heer van Geersdijk en Wissenkerke (1805-1869), 
- dr. Abraham Catharinus Vader, heer in Geersdijk en Wissenkerke(1806-1872) en 
- Jacobus Hendrik Lodewijk Vader, heer van ’s-Gravenpolder enz. (1810-1892).
Hun volwassen dochters waren:
Catharina Johanna Vader, vrouwe in Geersdijk en Wissenkerke 'Cateau' (1803-1886), ongehuwd. Zij woonde bij haar ouders in. Zij was de laatste bewoonster van de buitenplaats 'Sorgwijck' te Wissenkerke en overleed aldaar. Uit angst voor spoken verbleef zij nooit in haar woning aan de Voorstraat in Wissenkerke. Haar zuster Mie voegde zich, na het overlijden van haar man, bij haar. Samen ontvingen de zusters op 'Sorgwijck' veel gasten. Zij waren bevriend met ds J.J. ten Kate, tevens vermaard dichter uit Middelburg. Hun eerbied voor hem zou zo ver zijn gegaan, dat zij een apart closet op 'Sorgwijck' voor hem ter beschikking hadden gesteld. 
- Maria Antonetta Vader, vrouwe in Geersdijk en Wissenkerke 'Mie' (1804-1887). Zij was een bekwaam pianospeelster en huwde Hendrik Jean Keijl, homeopaat, spiritist en paragnost te Wissenkerke, welke laatste regelmatig botste met de broer van Mie, Bram, die arts was. Zij bewoonde met haar man het herenhuis aan de Voorstraat 15 te Wissenkerke. Hun huis stond vol met klokken, de verzameling van haar man, die elke dag door een speciaal hiertoe aangewezen dienstbode opgewonden werden.
- Henriëtte Johanna Elizabeth Vader, 'Jet', vrouwe in Geersdijk en Wissenkerke (1813-1869). Zij huwde Adrianus Stephanus van der Loeff, rijksontvanger te Wissenkerke. Hij volgde zijn schoonvader op. Zij bewoonden een tot herenhuis verbouwde boerderij aan de Dorpsdijk 100 te Wissenkerke. Zij zetten zich in voor het financieel voortbestaan van de christelijke bewaarschool in Wissenkerke, die verbonden was aan hun woning en
- Leijntje Johanna Pieternella Vader, 'Leijntje' (1815-1886). Zij huwde Jacobus Pieter Kakebeke, landeigenaar te Goes en lid van de Provinciale Staten.
 

 
Mie Keijl- Vader Jet van der Loeff- Vader